Handleiding bediening - Renault

Instructie

Opstappen aan de linkerzijde voor het achterwiel.
Neem plaats op de bestuurdersstoel.
Pedalen: links de koppeling rechts rem (groot) en het gaspedaal (klein).
Controleer of de versnelling vrij staat, pook kan vrij van links naar rechts bewegen.

De Renault heeft geen handrem; meestal wordt hij dan in de versnelling weggezet.
Dus koppeling intrappen en de versnellingspook vrijzetten.
Daarbij ook de voet eventueel op de voetrem houden om wegrollen te voorkomen.
Dit is dus geen tractor voor een helingproef…..
Starten: versnelling vrij, voet van de koppeling en de contactschakelaar (groen) uittrekken.
De controle lampjes rood (olie) en groen (dynamo) gaan branden.
Handgas ½ instellen. Zwarte knop zolang in drukken tot de tractor loopt.
Handgas terug naar stationair. Controle lampjes zijn nu uit, klaar om te rijden.
Versnellingen 1,2,en 3 zijn voor op het land. 4,5 en 6 zijn wegversnellingen
Wegrijden op een uitrit: 4e versnelling. Koppeling diep intrappen, en de pook in de 4e versnelling
Koppeling langzaam laten opkomen, even kennismaken met het aangrijppunt van de koppeling.
Eenmaal op de straat doorschakelen naar 5. Opschakelen kan rijdend. (Synchroon)
Echter terugschakelen ALTIJD vanuit stilstand.
Belangrijk: Als er niet geschakeld wordt – VOET VAN DE KOPPELING!
Dus ook als u wacht om over te steken; tractor uit de versnelling en voet van de koppeling.
Tractor uitschakelen: Handel rechts (tussen handgas en voetgas) uittrekken,
Contactshakelaar indrukken lampjes gaan uit.
Eventueel tractor in de versnelling zetten.